Ben je er nog niet helemaal uit wie je bent of op wie je valt? Dat is helemaal niet erg, iedereen doet dit op diens eigen tempo en eigen manier. Sommige mensen willen helemaal geen label op zichzelf plakken en andere juist weer wel. Jij bent jij! Iederéén is anders, je staat er dus niet alleen voor. Of je nu lesbisch, homo, bi, trans, intersekse, pan, non-binair, aseksueel of cis hetero bent. De website www.iedereenisanders.nl is dé plek voor jou. Hier vindt je de beste info en tips over ‘anders’ zijn.

Wat is je seksuele voorkeur?

Seksuele voorkeur gaat over aantrekkingskracht: tot wie voel jij je (op een seksuele of romantische manier) aangetrokken? Op wie word je verliefd? Op wie is dat meestal? Er zijn verschillende seksuele voorkeuren bekend. De bekendste zijn:

• Biseksueel: je valt op meisjes en op jongens. Misschien wat meer op meisjes, misschien wat meer op jongens.
• Lesbisch: jij bent een meisje en je valt (meestal) op meisjes.
• Homo: jij bent een jongen en je valt (meestal) op jongens.
• Hetero: je bent een meisje en je valt (meestal) op jongens. Of je bent een jongen en je valt (meestal) op meisjes.

Maar je hebt ook:

• Transgender: voel je je een meisje terwijl je als jongen geboren bent? Of voel je je een jongen terwijl je als meisje geboren bent? Of voel je je geen van beide of juist allebei? Dat heet transgender of genderdysfoor.
• Panseksueel: je valt op mensen ongeacht geslacht. Je bent als het ware ‘genderblind’. Je kunt ook op een persoon vallen die niet duidelijk een meisje of een jongen is.
• Queer: een verzamelnaam voor iedereen die zich identificeert als lgbtq+ en de bestaande man/vrouw-, homo/hetero-hokjes (te) beperkend of niet fijn vindt.
• Aseksueel: jij hebt geen seksueel verlangen naar een ander persoon. Dat betekent niet dat je niet van iemand kan houden of verliefd worden. Dit verschilt van persoon tot persoon.

Wat kun je doen?

• Het is belangrijk om over je gevoelens te praten. Het is meestal fijn om met je ouders te praten over je gevoelens. Dat geldt voor allerlei gevoelens, dus ook voor je homo-, lesbische of bi-gevoelens.
• Wil je liever eerst met iemand anders praten? Stap dan af op een hulpverlener. Op school kun je terecht bij de Contactpersoon ongewenst gedrag (COG).
• Met anderen over je gevoel praten kan helpen. Is er iemand die je kunt vertrouwen? Die jouw verhaal niet doorvertelt? Bij die persoon kan je vaak terecht.
• Praat met jongeren die misschien ook homo-, bi-, of lesbische gevoelens hebben. Lees op www.iedereenisanders.nl hoe je in contact komt met andere jongeren in dezelfde situatie.
• Je kunt je op school aansluiten bij een GSA of hulp krijgen bij het starten ervan, check dit bij de COG